Inleiding.
Op en rond het terrein van het Kasteel van Breda wordt bouwhistorisch onderzoek verricht door o.a. de werkgroep ‘Nassau Vastgoed’ van de Stichting Historische Verzameling Kasteel van Breda. Een van de gebouwen, die worden onderzocht, is de Nassautoren. De toren staat ingeklemd tussen de Rekenkamer en de Egmondgalerij (afb. 1) en is oorspronkelijk, vermoedelijk rond 1504 gebouwd als traptoren. Het onderzoek tracht  o.a. de oorspronkelijke constructie van deze traptoren te achterhalen. Naar nu bekend is, kwam men vanaf de begane grond, via de stenen trap uit op de eerste en  tweede verdieping (huidige zolderverdieping)  van de Rekenkamer. En vanaf die  zolderverdieping kunnen nu via uitwendige en inwendige houten trappen nog de derde en vierde  verdieping  van de toren worden bereikt. Vanaf deze vierde verdieping heeft men een mooi uitzicht (bellevue) over het kasteelplein. De stenen trap werd al in de 16e eeuw op het niveau van de eerste verdieping geheel verwijderd om plaats te maken voor een gewelfde doorgang, de huidige toiletruimte.

Nassautoren tussen Rekenkamer en Egmondgalerij (ca 1950)

afb.1 Nassautoren tussen rekenkamer en Egmondgallerij (ca 1950)

Op de tweede verdieping  werden in 2006 in de zuidelijke torenmuur (stadszijde) bouwsporen aangetroffen, die bleken te leiden naar een achterliggende kleine ruimte (afb. 2), in feite een  ‘aanbouwtje’  tegen de buitenzijde van die torenmuur, maar nog net onder het (doorgetrokken) dak van de Egmontgallerij (afb. 3). Bij nader onderzoek bleek het binnenste een kleine overwelfde ruimte te bevatten. Aan de zuidzijde werd de ruimte afgesloten door de buitenmuur, feitelijk de klampmuur van de gehele Egmontgallerij, zichtbaar vanaf de stadszijde. De buitenkant van dit ‘aanbouwtje’ was via de zolder van de Egmontgallerij al wel zichtbaar en bereikbaar (afb. 4) gezien vanaf oosten), maar over de functie ervan was niets bekend. Voorshand wordt nu op basis van de eerste bevindingen verondersteld dat de ruimte een soort lichtnis/-venster is geweest waardoor daglicht het inwendige van de (voormalige) traptoren kon verlichten. Nadat echter de trap op de eerste verdieping plaats moest maken voor een overwelfde doorgang, verloor deze nis die functie.

Toegang tot lichtnis       Nis achterbuitenmuur       aanbouw

Afb. 2 Toegang tot lichtnis   afb. 3 Nis achter buitenmuur    afb. 4 aanbouw                     

Vondst 18e eeuws militair schoentje
Op het ‘vloertje’ in deze nis lag een laag puin en gruis (afb. 5), als aanrasering. Tussen dit puin en gruis werden  meerdere stukken uitgedroogd  leer aangetroffen. Op de afbeelding is de buitenzijde van de zuidelijke muur en het gewelfde plafond van de doorgang/toiletruimte zichtbaar. Links is de westelijke muur van de nis te zien. Boven is nog net iets zichtbaar van de overwelving van de nis zelf.

Puin en gruis

afb. 5 puin en gruis

Sommige van de stukjes leer waren duidelijk delen van schoeisel. Ze werden verzameld en voor nader onderzoek voorgelegd aan  prof. Olaf Goubitz (1934 – 2007). Goubitz, o.a. schrijver van het belangrijke naslagwerk ‘Stepping through time’ (2001), is in staat geweest om met de stukjes leer een bijna volledige schoen te reconstrueren (afb. 6), een zgn. veter-bandschoen. Alleen de rechterbovenzijde blijkt te ontbreken. Onder de zool bleek een nummer (69-7, maar onder het cijfer 7 lijkt ook nog het cijfer 9 te zien)  te zijn aangebracht (afb. 7). Volgens Goubitz was dat typerend voor militair schoeisel  uit de 18e eeuw.  Op een schets van zijn hand is een volledig voorbeeld te zien (afb. 8).

Reconstructie veter-bandschoen      Nummer aan de onderzijde

afb. 6 reconstructie van de veterbandschoen           afb. 7 nummer aan onderzijde

Schets van veter-bandschoen (Goubitz, 2006)

afb. 9 schets veter-bandschoen (Goubitz, 2006)

Datering vindplaats
We nemen dus aan dat de doorgang op de eerste verdieping van de traptoren en dus de sluiting van de lichtnis dateren uit de 16e eeuw en de schoen wordt door Goubitz gedateerd in de 18e eeuw. Dit betekent dat de schoen of de delen er zeker niet in de 16e eeuw in terecht zijn gekomen. Mogelijk dat de stukjes met het puin er tijdens latere herstelwerkzaamheden aan de buitenste muur in zijn gestort.
Schoenencollectie Huis van Brecht
De nieuwe aanwinst zal worden toegevoegd aan nog twee andere schoentjes in de kelderruimte van het Huis van Brecht.